Maak kennis met de hypervisor

Discussie –

0

Discussie –

0

Een gebruiker die dagelijks routinewerk doet op een gevirtualiseerd systeem heeft misschien niet door dat er een soort “illusie” voor zijn neus plaatsvindt. Hij kan het ene moment Linux-applicaties draaien en het volgende moment Windows-applicaties, terwijl hij precies dezelfde machine gebruikt, zonder te beseffen dat achter de schermen zijn werk wordt verzorgd door verschillende besturingssystemen die van andere machines komen dan die waar hij op dat moment op werkt. Het lijkt alsof alles plaatsvindt op het ene apparaat waar zijn handen op dat moment mee bezig zijn. Dit is een typisch scenario dat je tegenkomt als je actief met een gevirtualiseerd systeem werkt.

De illusie die de gebruiker ervaart zou onmogelijk zijn zonder een speciaal software-onderdeel dat in het hart van het systeem is geïnstalleerd: de hypervisor. De hypervisor is de “goochelaar” die virtualisatie laat werken. In werkelijkheid komt er geen magie bij kijken – gewoon eerlijk technisch werk; de hypervisor regelt veel dingen: processor, geheugen, toewijzing van middelen, meerdere instanties van één besturingssysteem, zelfs meerdere besturingssystemen die tegelijkertijd draaien.

Er zijn twee soorten hypervisors: native of bare-metal hypervisors (ook wel Type 1 hypervisors genoemd) en gehoste hypervisors (ook wel Type 2 hypervisors genoemd).

Het eerste type bestuurt de hardware waarop het draait en beheert de besturingssystemen die de hardware als gasten accommodeert. Als je twee rechthoeken zou tekenen die op elkaar gestapeld zijn, stelt de onderste laag de hostmachine voor (serverhardware), terwijl de laag er direct bovenop de hypervisor is. Als je drie kleinere rechthoeken toevoegt die op een bovenste laag boven de hypervisor zitten, zou dat vergelijkbaar zijn met het verbinden van drie virtuele machines met de onderliggende hardware via de hypervisor. Een hypervisor die op deze manier is opgezet, is Type 1 (zie afbeelding bovenaan deze blogpost).

Het tweede type biedt gevirtualiseerde invoer/uitvoer-apparaten en geheugenbeheer vanuit het besturingssysteem dat het host. Als je een nieuwe rechthoek zou toevoegen aan de stapel die in de vorige alinea is beschreven en deze tussen de serverhardware en de hypervisor-lagen zou plaatsen, zou de nieuwe rechthoeklaag het besturingssysteem voorstellen dat virtuele diensten levert aan de virtuele machines in de bovenste laag via de hypervisor. Dit is een Type 2 hypervisor-opstelling, en een grafische illustratie ervan wordt hierboven getoond.

Het belangrijkste verschil tussen een Type I en Type II hypervisor, zoals de illustraties laten zien, zit ‘m in waar de hypervisor vanaf draait. Type 1 draait direct op de serverhardware, terwijl Type 2 op een host-besturingssysteem draait. Er is echter blijkbaar geen formele definitie van Type 1 en Type 2 hypervisors op basis van vastgestelde normen.

XenServer (van Citrix) en ESXi (van VMWare) zijn typische voorbeelden van Type 1 hypervisors, terwijl VMWare Server, Microsoft VirtualPC, en Sun VirtualBox voorbeelden zijn van Type 2.

Marco Tiggelaar

– Founder of ICT Shift & FuseCP.
– More then 20 years of experience with Windows high availability and Microsoft Exchange.
– More then 20 years of experience with Linux and Unix.
– Open source enthusiast and a large contributor for multiple large Open Source projects.

My current main focus of attention is Geo-Clustering and BGP Routing.

0 reacties

Misschien vind je dit ook leuk